BLIK OP DE TOEKOMST met Stephanie Collingwoode Williams: "Ik geloof in kleine stappen van veel mensen, microrevoluties die uitmonden in een substantiële verandering"

Stephanie Collingwoode Williams groeide op in Accra, Ghana. Ze studeerde Sociaal-cultureel werk in Gent, Antropologie in Amsterdam. Ze is dichteres en activiste en geeft trainingen en workshops over antiracisme, klimaat rechtvaardigheid en intersectionaliteit. Ze is momenteel plekwerker in Anderlecht, stichtend lid Landing Space (decolonial poetry) en woordvoerder van Belgian Network for Black lives.

Ivan Put2

Ivan Put


Het zijn drukke tijden voor jou, Stephanie. Je bent internationaal bevraagde woordvoerder van BNFBL (Belgian Network For Black Lives), spreekt op klimaatconferenties, deed een bijdrage aan het boek “Inside black” dat in september uitkomt, start binnenkort een poëzietraject met Kuumba vzw, doet mee aan een thesis wedstrijd en geeft trainingen. Vanwaar komt jouw ongelooflijk engagement en drive?

“Mijn engagement is ontstaan door wie ik ben: kind van een Ghanese vader en Belgische moeder. Door, als mezelf, om te gaan met de wereld rondom mij, ben ik mij bewust geworden van de wereld, waardoor ik in het activisme ben gerold.”

Wat is jouw ervaring als activiste met organisaties zoals het Vermeylenfonds, progressieve socio-culturele organisaties met focus op mensenrechten, participatie en taal?

“Mijn ervaring is soms tegenstrijdig. Op papier ziet het er allemaal mooi uit maar in de praktijk heb ik het gevoel dat er nog steeds veel vormen van tokenism (het aannemen van mensen uit minderheidsgroepen als alibi JVT) zijn. Je voelt dat er een soort geïnternaliseerd patriarchaal denken overheerst, dat er nog steeds een hetero-normatief, ableïst en seksistisch denkbeeld gangbaar is, ook binnen organisaties die zichzelf als progressief zien. Je merkt dat ze sommige “doelgroepen” niet bereiken. Het feit dat ze al een onderscheid maken tussen zichzelf en doelgroep maakt dat men bewust of onbewust, bedoeld of onbedoeld precies die denkbeelden in stand houdt. Ze slagen er niet in om hun eigen progressieve visie in de praktijk om te zetten.”

Er is vooral nood aan introspectie. Organisaties moeten zichzelf eerlijke vragen durven stellen

Het Vermeylenfonds doet nochtans zijn best. Zo hebben ze het boek ‘Being imposed upon’ ondersteund, een verzameling van essays, waar afro-belgische vrouwen het woord nemen.

“Dat is zeker een goede zet, in die zin dat je mensen zelf het woord geeft. Door enkel financieel te steunen en het project te faciliteren zonder meer, creëer je ruimte. De positie van macht waarbij je als organisatie zelf mensen en stemmen selecteert en beslist wie aan bod komt, laat je hier los. Doe je dit wel, hou je discriminatie in stand. Je behoudt dan controle. Hier werd zeggenschap en controle uit handen gegeven en dat is positief.”

Hoe kunnen ze daar volgens jou nog verder in gaan?

“Er is vooral nood aan introspectie. Organisaties moeten zichzelf eerlijke vragen durven stellen: wie is aanwezig en wie niet? Wie neemt deel aan het gesprek en wie niet?  En waarom is dat zo? Uit de antwoorden op die vragen kunnen ze veel leren.”

Ben je hoopvol?

“Uiteraard, anders zou ik niet doen wat ik doe. Ik geloof in kleine stappen van veel mensen, microrevoluties die uitmonden in een substantiële verandering. Mijn gevoel dat het altijd beter kan, drijft me en daarom zal ik ook nooit stoppen met doen wat ik doe.”


Judy Vanden Thoren